Comrades 2019. Back-to-back avontuur

Na de Comrades in 2018 had ik al snel besloten dat er een vervolg zou komen. Na de down-run moest ook de up-run bedwongen worden. En met de verleiding van de back-to-back medaille zat er niets anders op om ook in 2019 aan de start te staan.
De trainingsperiode bestond uit o.a. 4 marathons en 1 ultra-marathon (Texel) maar helemaal lekker ging het niet. Eind april/begin mei flink last gehad van de griep en na de nachtmarathon in Amersfoort op 10/11 mei helaas de Two Rivers by Night op 12 mei af moeten zeggen.

Dit keer ging Angela mee en hadden we eerst een week "vakantie" in St. Lucia en Hluhluwe National Park voordat we op 5 juni in Durban arriveerden waar de rest van de groep al was of aan kwam. 's Avonds kennis gemaakt met het deel van de groep die we nog niet kenden tijdens een diner bij de Italiaan. Donderdag's een toer gemaakt over de route waar wederom bleek dat de heuvels indrukwekkend waren en de Comrades niet weggelegd is voor watjes. Een bezoek aan het Comrades museum in Pietermaritzburg gaf een mooie inkijk in de geschiedenis van deze beroemde race en omdat de, zeker in vergelijking met Durban, kleine expo er naast lag al snel wat kleding ingeslagen. Vorig jaar was in Durban op vrijdag al weinig meer te krijgen in medium size dus was het beter om gelijk onze slag te slaan. ‘s Avonds nog een paar mooie speeches bij de Savages Athletics Club van o.a. Barry Holland die voor de 47e achtereenvolgende keer de Comrades ging lopen.
Op vrijdag begonnen met een duurloopje met de Regent Harriers om 5:10 in Durban. Daarna het startnummer opgehaald en vervolgens rusten tot zondagochtend. Voor de supporters erg saai maar dat hoort er nu eenmaal bij.

Zondagochtend om 2:30 liep de wekker af en na een ontbijt van bananenbrood en pannenkoeken om 3:15 in de bus naar Durban. Daar waren we ruim op tijd om de blaas te legen en het startvak in te gaan. Vanuit startvak C hadden we een goed uitzicht op de start en na de rituelen (volkslied, Shosholosa, Chariots of fire en Max Trimborn's hanengekraai klinkt het startschot. Na 2 minuten ga ik over de startstreep en sta weer stil. Net na de start is een versmalling in de weg!
Dan eindelijk kan ik rennen en al snel verlies ik de 4 groepsgenoten uit het oog die ook startvak C stonden. Ik doe rustig aan want de eerste 37 km is vooral bergop. Al snel komt Lisenka langs die in D gestart is. Met haar duurvermogen en ervaring op de hele lange afstanden zal ik haar niet meer inhalen :-(.

Op 15 km staan onze supporters en ik krijg van Angela een kus en een fles met ORS om mijn zoutvoorraad op peil te houden. In het verloop van de race zal ik dat vooral doen met gezouten gekookte aardappelen. Om de 2 km is een verzorgingspost met water, sportdrank en later ook cola. Verder zijn er bananen, sinaasappelen en koekjes.
Op de eerste van de 5 big hills, Cowies kan ik aardig doorlopen en wordt in ingehaald door Brett. Later zou ik hem weer passeren. Inmiddels heb ik wel weer last van pijnlijke hielen, een euvel waar ik in de training ook wel eens last van had. Maar dat mag de pret niet drukken.



rechts achterin de bus!
Dan kan ik me aansluiten bij de 10 uur bus. Driver Rocky bepaald het tempo en bij sommige verzorgingsposten laat hij de groep wandelen om voldoende te kunnen drinken en eten. Fields Hill, de 2e van de big five, blijft hij echter helemaal op rennen om pas boven weer te wandelen. Ik blijf bij want de sfeer in de bus is goed. Er wordt volop gezongen en al ken ik de afrikaanse liedjes niet, ik geniet er van.
Halverwege haal ik Marco in en we lopen een stuk samen. Bij de wall of honour wilt hij even zijn naamplaatje aantikken. Ik doe dat niet want ik heb geen zin om weer te gaan zoeken waar mijn plaatje hangt. Ik heb het donderdag al gezien. Bij Arthurs Seat gaat de bus door en ik besluit om Arthur niet te begroeten met een bloemetje maar in de bus te blijven. Misschien dat daardoor de 2e helft van de race minder goed ging?

Naar de top van Inchanga blijf ik in de bus. Nu wordt er wel af en toe gewandeld maar na 55 km moet ik de bus laten gaan. Het gaat me iets te hard. Na 62 km in Camperdown staan onze supporters. Daar moet ik bekennen dat ik het zwaar heb. Nog 25 km te gaan. Een nieuwe kus van Angela geeft even energie. Maar Harisson Flats, dat in tegenstelling tot zijn naam, helemaal niet vlak is, heeft zijn tol geƫist. Inmiddels moet ik de klimmen vooral wandelen en kan ik de rest blijven rennen. Uiteindelijk komen we bij Little Pollys en Polly Shortts. Die wandel ik beide naar boven maar rondom mee wandelen bijna alle lopers. Dan is het nog 8 km naar de finish.
Dan haalt Marco me weer in. Ook hij heeft het zwaar en samen maken we er een run-walk-run van. Daardoor blijft het tempo er toch nog een beetje in. In de laatste kilometer moeten we nog een tunneltje door en dan zijn we op de paardenrenbaan. We rennen langs de internationale tent waar ik zoek naar Angela. Als ik haar eindelijk gevonden heb volgen er high fives en samen met Marco ga ik hand in hand over de finish.
Daar ontvang ik de bronzen medaille en kort daarna mijn back-to-back medaille. Dan naar de internationale tent waar we worden opgevangen door onze supporters en de lopers die al binnen waren. Wat lekker om te kunnen zitten en even in het gras te liggen.
Langzaam kom ik bij en trek droge kleren aan. Angela haalt wat biertjes, o zo lekker, en tegen de tijd dat de finish sluit gaan we bij de hekken staan om de laatste lopers binnen te zien komen. Ook nu zien we diverse lopers uitgeput in elkaar zakken en de finish niet halen. Na precies 12 uur klinkt het eindschot en daarna de "last post". Van de ca. 19000 starters hebben bijna 3000 de finish niet gehaald. Na het eindschot snellen EHBO-ers het parcours op om gevallen lopers op te halen. Zelfs een half uur later worden er nog mensen uitgeput en uitgedroogd afgevoerd.

Nadat al onze lopers en supporters weer verzameld zijn gaan we naar de bus en is het file rijden naar Durban.

Op maandag vertrekken we weer naar Nederland. De vlucht is misschien wel zwaarder dan de marathon want ik zit met verkrampte benen in een te klein stoeltje. Behalve hele vermoeide benen en voeten voelt alles goed aan maar de rest van de week blijkt dat ik diep heb moeten gaan want daarin voelde ik me beroerd en had ik hoofdpijn. Inmiddels is alles weer "back to normal".

Nog een Comrades? Nee. Het is goed geweest nu. Vanaf nu alleen maar mini-ultra's (42,2 km) met mogelijk nog een keer de 60 van Texel. Maar geen extreme afstanden meer.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Two Oceans Marathon

Nog steeds geen wedstrijden

Zestig van Texel